Saturday, February 23, 2013

Kunst is een speeltje van de rijken (Bert Kreuk en het Gemeentemuseum)

Eergisteren stond er in de NRC een interview met kunstverzamelaar Bert Kreuk (NRC donderdag 21 februari 2013, pag. 23). Het interview laat perfect zien hoe groot de invloed van rijke verzamelaars is op het museale beleid, de museale collectie EN op de geldende smaak over `Kunst'.  [toevoeging 2 maart: voor enige relativering zie de comments, mijn reactie hier betreft primair het beeld dat het interview geeft, de genoemde personen kunnen in werkelijkheid veel genuanceerder optreden, daar heb ik weinig informatie over. Maar zie ook zeker dit fragment uit de Mona Lisa Curse, en lees dit artikel op artlyst over de art market.]

Eerder op deze blog vermeldden we al de documentaire The Mona Lisa Curse van de vorig jaar overleden kunstcriticus Robert Hughes. Deze zegt in de documentaire:

What happens when they [rich collectors] start making choices for everyone else, by bringing the influence of their own taste into the museum?

Precies dit fenomeen komt naar voren in bovengenoemd interview. Het valt me sowieso op dat de NRC moderne kunst steevast oplepelt met lovende en kritiekloze sausjes. Kunstenaars en musea kunnen het zo gek niet maken, of de NRC vind het geweldig, tot nadenken stemmend, diepzinnig, vernieuwend, ... Ach ik kan het niet navertellen met een vergelijkbare journalistieke flair en vooral vocabulaire. [Er zijn wel NRC-columnisten die af en toe kritisch uithalen, zie bijv. deze column van Taco Börger].

Maar voor de goede lezer is bij dit interview een aparte kritische lijn niet nodig. De vermogende zakenman Kreuk mag meebepalen wat we in het Gemeentemuseum Den Haag aan hedendaagse kunst te zien krijgen, zo laat zich het artikel kort samenvatten. Zijn `samenwerking' met Benno Tempel (directeur Gemeentemuseum) wordt in treffende uitspraken duidelijk: de verzamelaar krijgt stevige invloed op wat er in het museum komt te hangen, in ruil daarvoor verwerft het museum op Kreuks kosten een aantal belangrijke (vooral erg dure) stukken. Laten we eens kijken hoe dit in zijn werk gaat, getuige het interview. [Ik vermeld enkele losse stukjes uit het interview, ervan uitgaande dat dit geen inbreuk betekent op het copyright].


Citaat 1: „In Nederland hebben musea de afgelopen twintig jaar nogal de boot gemist als het gaat om het tonen en aankopen van hedendaagse kunst”, zegt Benno Tempel. „Zij hadden moeite met de veranderende kunstwereld. Kijk naar Jeff Koons en Damien Hirst, die zijn door Nederlandse musea niet of pas veel te laat gekocht.” Kreuk: „En dat is nu precies het soort conceptuele kunst waarin ik mij in verdiept heb.” [De taalfout in de laatste zin is van de NRC.]


Citaat 2: „Het gaat mij om de boodschap die een kunstwerk uitdraagt”, zegt Kreuk. „Het hoeft niet alleen een mooi plaatje te zijn, de intentie is het belangrijkst. Een kunstwerk moet prikkelen, ontregelen. En het moet vooruitstrevend zijn. Bij alle aankopen die ik doe, vraag ik mij af: doet dit er over vijf jaar nog steeds toe?”

In citaat 2 zien we hoe sterk de persoonlijke mening van Kreuk een rol speelt. Met de vraag `doet dit er over vijf jaar nog steeds toe?' lijkt het verschil tussen kunst en mode te verdwijnen. Immers, de stap naar `doet dit er over een half jaar nog steeds toe?' is dichtbij. Vijf jaar! Weet Kreuk wel hoe lang het duurde voordat Van Gogh een beetje erkenning kreeg? Misschien moeten we niet al te veel kunstkennis bij hem verwachten:


Citaat 3: Als kunstverzamelaar is hij autodidact, vertelt Kreuk. Hij komt niet uit een artistiek nest, was altijd met zijn bedrijf bezig. Toch heeft hij nooit de behoefte gehad zich door kunstexperts te laten adviseren. „Het is míjn collectie. Ik laat me ook niet leiden door dealers die zeggen: dit móét je kopen. Ik ga vooral op mijn instinct af. Noem het een gut feeling. Ik kan binnen vijf seconden zeggen of iets authentiek is of niet. Dat is voor mij het criterium. Ik moet een kunstwerk niet kunnen associëren met een andere kunstenaar. Dan koop ik het niet.”

Eens even kijken waar we nu zijn. Een in de kunst ongeschoolde zakenman, die binnen 5 seconden oordeelt over de artistieke waarde van een kunstwerk, is een serieuze artistiek-inhoudelijke partner van het Gemeentemuseum Den Haag. Waarom zouden we een dergelijke constructie niet ook invoeren op de universiteiten? Misschien heeft Kreuk ook wel erg goeie ideeën over welke natuurkundige theorie subsidie verdient, en welke niet. Hij kan dat vast binnen 5 seconden met een gut feeling vaststellen (GUT= Grand Unified Theory, in de natuurkunde). En welke universiteit zal zijn geld afslaan, alleen om de banale reden dat Kreuk geen natuurkundige is? Tenslotte zitten natuurkundigen er ook regelmatig naast met hun theorieën.

Het failliet van het postmodernisme (passend geïllustreerd door de werken van Hirst en Koons) is in mijn ogen mede te danken aan de invloed van puissant rijke zakenmensen. Hun  specialismen: geld, markt, mode, verkoop, indruk maken en invloed uitoefenen. Deze wereld staat haaks op de wereld van veel kunstenaars, die veelal met levenskwesties, esthetiek, maatschappij, spiritualiteit bezig zijn. Zo niet de meest `succesvolle' kunstenaars zoals Hirst en Koons. Die passen perfect bij de wereld van de rijke zakenlui. Hirst heeft meen ik zelfs uitgesproken dat zijn echte kunst het verkopen van zijn werk is.

Het zal duidelijk zijn dat 1 puissant rijke verzamelaar wel 100 kunstenaars financieel succesvol kan maken, puur door hun werk te kopen en te promoten. Daarmee worden ze ook kunstenaars met inhoudelijk aanzien, want museumdirecteuren en veilinghuizen en kunstadviseurs gaan mee met de vermogende verzamelaars. Om de eenvoudige reden dat zij hier zelf garen bij spinnen.


Citaat 4. Als een ware ambassadeur zal hij ‘zijn’ kunstenaars promoten. „Zo heb ik Benno Tempel weer enthousiast gemaakt voor Mark Bradford”, lacht Kreuk. Ook wees hij de museumdirecteur op het werk Recollection Hysteria (2012) van de Amerikaanse Kaari Upson, een gekantelde woonkamer uitgevoerd in vleeskleurig latex die perfect zou passen in het Gemeentemuseum. (...) [ik laat enkele zinnen weg] Kreuk: „Het is een echt museaal stuk. Bij mij thuis zou zoiets nooit passen. Ik heb het specifiek voor het Gemeentemuseum gekocht.”

Het wekt nu ook geen verwondering meer dat de collectie van Kreuk van 8 juni tot 29 september as. een expositie krijgt in het Gemeentemuseum, met Kreuk als gastconservator. De samenwerking floreert, en de NRC ziet al jaren geen reden om vraagtekens te plaatsen bij de invloed van marktmechanismen en het grote geld op de heersende kunstnormen. Het laatste is misschien niet onlogisch, als je bedenkt dat de NRC toch de meervermogenden als doelgoep heeft. Kunst is een leuk speeltje voor de rijken, het museum is een van de vele vormen van entertainment voor mensen met genoeg geld om de toegang te kunnen betalen.

De nieuwe kleren van de keizer blijven kortom actueel. In tegenstelling tot het sprookje blijken deze kleren verrassend lang mee te gaan. Het is gewoon niet leuk als iemand gaat roepen: `maar hij is naakt!', en daarom laten we dat aan de volgende generaties over.


Citaat 5. Inmiddels heeft Kreuk zijn zinnen gezet op een sculptuur van de Canadese kunstenaar David Altmejd. Hij heeft er al een optie op genomen, maar moet binnen een week beslissen. Benno Tempel ziet de aankoop in ieder geval wel zitten. „Dat beeld zou ontzettend mooi aansluiten op het New Babylon-project van Constant uit onze collectie. Ik zie de combinatie al helemaal voor me.”

Tenslotte dan een relativerende noot op mijn eigen kritiek. Het is altijd zo geweest dat kunst, wetenschap en noem maar op voor een belangrijk deel bepaald worden door de rijken en machtigen der aarde (al is er wel verschil tussen de traditionele mecenas en de hedendaagse rijke verzamelaars die invloed willen uitoefenen). Het heeft ook mooie dingen opgeleverd. Toch is het voor mij als kunstenaar af en toe ontluisterend om te zien hoe er wordt omgesprongen met een van de fundamentele menselijke zieleroerselen: beeldende kunst en vormgeving.

Dat de kunstenaars zelf als groep nauwelijks meetellen in de circuits die bepalen wat kunst is en wat niet, is daar een voorbeeld van. Eén troost biedt de geschiedenis gelukkig wel. De kunstenaars die zich wars van korte-termijn modegrillen wijden aan fundamentele esthetiek en de grote vragen van het bestaan, komen altijd een keer bovendrijven. Al moeten ze daar af en toe wel eeuwen op wachten. De vraag of die kunstenaars er over vijf jaar nog toe doen laat ik graag aan Bert Kreuk over.

13 comments:

  1. In je blog probeer je vooringenomen negatieve en- complot achtige stellingen, te rationaliseren door ernaar toe te redeneren. Dat is erg jammer, want alles bestaat binnen een bepaalde context, en als je die context niet begrijpt moet je die ook niet verwerpen. Je redeneringen missen daarom elke vorm van feitelijkheid. Je weet helemaal niets van Kreuk, je kent zijn kwalificaties niet en je weet zijn beweegredenen niet. Toch vel je een oordeel door hem als ongeschoold weg te zetten. Je gaat verder niet in op het feit dat hij al meer dan 15 jaar verzamelt, en zijn keuzes maakt gebaseerd op ervaringen, opgedane kunstkennis en voorkeuren. Een educatief proces van kijken en begrijpen. Als je al zolang verzamel, ontwikkel je een soort van intuïtie (gut feeling / instinct geef het een naam). Dit betekend letterlijk “een vorm van direct weten”. Ter illustratie wordt vermeld dat Kreuk binnen 5 seconden een werk authentiek genoeg vind om verder te onderzoeken (want er staat verder dat hij dan op studio bezoek gaat en de kunstenaar verder gaat volgen). Dit heb je in de conclusie van je blog weggelaten. Het heeft te maken met een eerste selectie methode en helemaal niets of het kunstwerk op basis daarvan wordt aangeschaft. De vraag wat authentiek is, is in deze context aan de verzamelaar . In het geval van Kreuk moet de vraag beantwoord worden of een kunstenaar op een eigen en unieke manier vorm kan geven aan zijn of haar werk middels een uniek -concept en/of -gebruik van materialen. We praten hier bovendien over conceptuele kunst. Daarbij is het belangrijk dat zo’n werk niet kan worden geassocieerd met een kunstwerk van een andere hedendaagse kunstenaar. Hierbij wordt trouwens geen enkel oordeel geveld over de kunst die niet wordt aangeschaft of het feit dat kunstenaars niet geinspireerd kunnen zijn door kunstenaars die zij als voorbeeld zien.
    Binnen de context van de selectie, wordt verder de vraag gesteld of een werk over 5 jaar er nog toedoet. Een heel legitieme vraag, maar waarschijnlijk moeilijk uit te leggen aan mensen die slechts negatief over de relatie kunst- en kunstverzamelaar willen bloggen en ondertussen hoogstwaarschijnlijk zelf niet verantwoordelijk zijn voor aangekochte kunst. Kunst bezit geef namelijk een extra dimensie aan kunstbeleving, zeker als je als verzamelaar beseft dat je slecht tijdelijk ‘custodian’ van een werk bent en het een ‘leven’ na jouw heeft. Verder zegt overigens zo’n 5 jaar termijn niets over de lange termijn, sterker nog als een kunstenaar de 5 jaar “overleeft” zal die er waarschijnlijk over 10 jaar er ook nog wel toe doen. De tijd zelf zal achteraf bepalen of een kunstenaar zo belangrijk was dat hij of zij kunstgeschiedenis zal schrijven.
    (zie vervolg)

    ReplyDelete
  2. Het is jammer dat in je blog je de verzamelaar probeert weg te zetten als de minst intellectuele in het culturele proces, die slechts zijn inspiratie aan geld ontleent. Je gaat daarbij voorbij (in Kreuk’s geval) dat zij beslissingen nemen op basis van zuivere afwegingen en juist proberen onderdeel te zijn van het artistieke proces en de ontwikkeling van de kunstenaar. Als ondersteuning van de kunstenaar en ter beoordeling van de meest representatieve kunst voor de collectie.
    Heb je voor jezelf ook de mogelijkheid open gehouden dat Kreuk zich wellicht niet laat leiden door “kunstexperts” vanwege zijn 20 jarige ervaring in het verzamelen van kunst? Het is maar al te vaak voorgekomen dat verzamelaars zich laten leiden door de "smaak" van adviseurs, zonder dat ze de simpele vraag hebben gesteld of ze het werk nu echt aan de muur willen hebben. Wiens collectie wordt het uiteindelijk die van jouw als verzamelaar of die van je adviseur. Vaak spelen bij de zogenaamde kunstexperts andere belangen mee; dat kan zijn dat ze een bepaalde band hebben met een dealer van een kunstenaar of zelf werken hebben ingekocht. Dit tast hun objectiviteit aan. Je kan los hiervan uiteraard nog steeds luisteren naar mensen wiens mening je respecteer, maar als je na 20 jaar verzamelen, kunst niet kan beoordelen op basis van je eigen kennis, feiten en voorkeuren, dan kan je maar beter stoppen met verzamelen.
    Verder stel je dat Kreuk invloed zou hebben op het beleid van een museum. Dat hij als gastcurator optreed van zijn tentoonstelling lijkt me logisch want tenslotte wordt, middels de tentoongestelde kunt, zijn verhaal verteld en wie kan dat beter vorm geven dan hijzelf. Je zou het moeten toejuichen dat museum directeuren in Nederland zo alert en adequaat inspelen op de mogelijkheid een tentoonstelling van topwerk te kunnen houden, die anders aan het publiek onthouden wordt. Kreuk oefent daar in geen enkele invloed uit, maar faciliteert een vraag. Het is daarom jammer dat je de rol van de door jouw genoemde traditionele mecenas niet verder definieer. Zeker wanneer je een schenking die Kreuk gedaan heeft reduceer tot een complotachtige theorie met een vals filosofisch sausje.
    Verder heb je geen onderzoek gedaan naar de momenten waarop de samenwerking tussen het museum en Kreuk tot stand is gekomen; wanneer er besloten is tot een tentoonstelling en wanneer er sprake was van een schenking. Heel eenvoudig lijkt mij en het had in ieder geval voorkomen dat je zulke onbenullige associaties had gemaakt. Jammer dat een eerste gedachte altijd sneller is dan een op feiten geformuleerd beeld.
    Het zou heel bevrijdend voor je kunnen zijn om zonder vooringenomenheid de tentoonstelling te beoordelen op basis van de getoonde kunst en niet op suggestieve veronderstellingen.
    Hartelijke groet,
    Bert Kreuk

    ReplyDelete
    Replies
    1. Beste Bert (ik ga ervan uit dat je bent wie je zegt, al kan ik dat niet verifiëren zomin als dat ik direct contact met je kan opnemen),

      Ten eerste: ik ben blij dat je reageert. Dat is toch het eerste vereiste om wat verder te komen met de beeldvorming rondom dit onderwerp.

      Ten tweede: ik heb overwogen om mijn post te beginnen met de woorden: `voorzover ik kan opmaken uit het interview in de NRC, waar in mijn ogen sterk de suggestie wordt gewekt dat...'.

      Want daar gaat het mij voor een belangrijk deel om. Ik begrijp wel dat het echte verhaal meestal op zijn minst genuanceerder ligt, en vaak zelfs heel anders is dan in de krant naar voren komt. Maar de nuancering hoe jij nu ECHT als verzamelaar te werk gaat ontbreekt ten enen male in het interview.

      Het (voor mij provocatieve) beeld dat uit het interview naar voren komt, heb ik willen terugkaatsen vanuit een ander provocatief standpunt. Voor mijn eigen echte standpunt rondom verzamelaars geldt ook: dat is veel genuanceerder. Over jou heb ik al helemaal geen mening, omdat ik je niet ken. Het zou mij niet verbazen als ik veel van je keuzen juist wel zou waarderen, en -even vooruitlopend op `ongeschoold' en `autodidact'- onder de indruk zou zijn van je kennis over kunst.

      Maar dat is niet wat in het interview naar voren komt. En wat mij in dat interview nog steeds irriteert, is dat het beeld wordt opgeroepen zoals ik dat in de post schets.

      Ik heb mijn studenten jarenlang voorgehouden dat oordelen over kunst nog niet zo makkelijk is. Dat er verschillende perspectieven zijn, dat je iets van de kunstenaar en diens verhaal zou kunnen leren, dat er cultuur- en tijdsomstandigheden zijn, en ook dat dingen soms tijd nodig hebben om te rijpen, om er aan te wennen.

      Er zijn nog meer dingen in het interview irritant. Ik begrijp wel dat jij als geinterviewde daar niet alle vat op hebt, maar het lijkt mij toch niet verkeerd om dan op dat NRC-sausje te reageren.

      (wordt vervolgd)

      Delete
    2. Wanneer je als kunstenaar in Nederland in aanmerking wil komen voor lidmaatschap van een beroepsvereniging, of een gesubsidieerd atelier, of ... dan moet je vaak aantonen over een relevante opleiding te beschikken.

      Dit is mijn ogen zowel zinnig als onzinnig. Zinnig, omdat een kunstopleiding meestal wel de wereld van de student vergroot. Onzinnig, omdat er ook veel autodidacten zijn die hun eigen wereld wel weten te vergroten, en wiens werk en ideeënwereld in geen enkel opzicht onderdoet voor de geschoolden.

      Maar dat geluid hoor je in de officiële kunstcircuits maar heel weinig. Wat denk je dat Benno Tempel zou zeggen, als ik hem mailde en zei dat ik vind dat het Gemeentemuseum dringend een ... (vul hier een relatief onbekende naam naar keuze in)moest aanschaffen? Ik zou niet eens antwoord krijgen, is mijn sterke verwachting. Immers, wie ben ik?

      Het klimaat in Nederland is er toch sterk een van: minstens een kunstacademie, minstens zoveel geëxposeerd hebben, minstens zoveel verkocht hebben, voordat je een beetje mee mag praten in de kringen van museumdirecteuren (zeg maar).

      In dat klimaat vind ik het provocerend van het interview, dat een autodidact (ik heb hier zelf niets tegen en ben zelf ook voor een belangrijk deel autodidact!) die zegt binnen 5 seconden vast te kunnen stellen of een kunstwerk authentiek is, mee mag bepalen wat er in het Gemeentemuseum komt te hangen.

      Dat binnen 5 seconden vaststellen of iets authentiek is, daar heb ik trouwens wel iets tegen, maar ik begrijp uit je reactie dat dat in de praktijk genuanceerder ligt. Dat staat echter totaal niet in het interview.

      In mijn beleving hebben de kunstwerken die ik de moeite waard vind, veel langer nodig. Maar bovendien vind ik dat authenticiteit sowieso lastig objectief is vast te stellen. Voor jou als verzamelaar ben ik met je eens dat je deze dingen gewoon helemaal zelf moet weten. Maar voor een museumdirecteur vind ik dat er andere criteria zijn.

      (wordt vervolgd)

      Delete
    3. Verder vraag ik me af of je de documentaire the Mona Lisa curse hebt gezien(?). Dat rijke verzamelaars een belangrijke rol spelen in de hedendaagse kunstwereld is denk ik onomstreden. Hoe ver hun invloed gaat, dat is alleen nog niet zo duidelijk. Maar zelf denk ik dat het werk van Hirst en Koons zwaar overgewaardeerd wordt.

      Daar kunnen we lang over discussiëren, en daar spelen heel veel verschillende overwegingen een rol. Maar in mijn beleving worden er zeker in de media veel te weinig vraagtekens geplaatst bij veel van de conceptuele kunst die furore maakt.

      Je hebt gelijk wanneer je zegt dat ik me niet verdiept heb in de specifieke keuzen die jij daarin als verzamelaar hebt gemaakt. Maar zo makkelijk is dat verdiepen ook helemaal niet, want ik heb niet zomaar toegang tot de circuits waarin ik die informatie snel zou kunnen krijgen.

      Dus vind ik dat de nuanceringsverplichting in dit geval duidelijker bij de NRC berust dan bij mij.

      Je moet mijn reactie dus zien in dit licht: in Nederland heerst er in mijn beleving op kunstgebied een vervelende koopmansmentaliteit. Kunst is alleen maar goed als het goed verkoopt. Geld bepaalt dus de inhoudelijk-artistieke kwaliteit.

      Daar probeer ik al lang tegenin te gaan (overigens zonder veel reactie, en zonder veel succes!), door mensen er op te blijven wijzen dat er ook hele andere aspecten zijn dan bekendheid en geld die de artistieke inhoud van een werk bepalen. Laat staan de artistieke inhoud van een kunstenaar...

      Daarom wil ik je toch echt bedanken voor je reactie. Ik zal nadenken of ik duidelijker kan maken dat ik de suggestie die het interview wekt vervelend vind, en de nuancering erbij schrijven dat de personen in kwestie in werkelijkheid genuanceerder optreden.

      overigens kun je via mijn website mij ook gewoon mailen, mocht je iets directer willen reageren.

      hartelijke groet, Frank Waaldijk

      Delete
  3. Jammer dat ik geen reactie op mijn reactie lijk te krijgen. Dat mijn opmerkingen niet zomaar uit de lucht komen vallen, zou hopelijk duidelijk worden wanneer je je een beetje verdiept in de handel in contemporary art, en de rol van veilinghuizen, verzamelaars, galeries en musea daarin.

    Ik herhaal: bekijk ook eens The Mona Lisa Curse (fragment hier op youtube).

    ReplyDelete
  4. Een recent artikel (nov. 2012) dat een aantal zorgwekkende aspecten van de handel en wandel in contemporary art beschrijft is dit artikel van Toby Hill op Artlyst.

    Een kritische reactie van Germaine Greer op Robert Hughes is voor mij juist aanleiding om Hughes gelijk te geven. Een kunstenaar is in mijn beleving niet iemand die verkopen belangrijker vindt dan schilderen. En daar ben ik dan maar hopeloos ouderwets in.

    Al met al kan ik de werken van Hirst en Koons, waar Bert Kreuk blijkbaar wel warm voor loopt, eigenlijk op geen enkele manier waarderen. Ik vind de werken die ik tot nu toe gezien heb bijna zonder uitzondering uiterlijk protserig en inhoudelijk banaal.

    Met Hughes geloof ik dat de invloed van mensen met veel geld een belangrijke rol speelt bij de huidige hype rondom dit soort conceptuele kunst. Daar mag af en toe best een kritische noot bij geplaatst worden.

    Zeker wanneer je bedenkt dat er ook veel publiek geld in deze kunst gaat zitten. Daarnaast speelt ook de kwestie van de rol van kunst in de samenleving. Die rol wordt in mijn beleving geërodeerd door de oprukkende commercialiteit en entertainment-achtige benadering die in mijn ogen veel moderne conceptuele kunst kenmerkt.

    ReplyDelete
  5. Beste Frank,

    Ik heb even gewacht met een antwoord om te kijken hoe je dit verhaal zou afronden. Helaas wel een beetje voorspelbaar. Het lijkt er toch op dat je geobsedeert bent door je eigen gelijk en een soort van zuur appeltje te schillen hebt met de kunstwereld. Ik vind het overigens wel bewonderingswaardig dat je gepassioneert bent (net als ikzelf), alleen ga je daarbij van de verkeerde of van vooringenomen stellingen uit en kom je daardoor tot onjuiste of negatieve conclusies.

    Wat ik in mijn reactie heb duidelijk willen maken is dat je niet moet generaliseren, maar moet nuanceren. Je kan niet schrijven over iemands keuzes, zonder dat je zijn of haar beweegredenen kent.

    Het is duidelijk dat je niet openstaat voor conceptionele kunst. Dat is op zich niet erg en uiteraard een eigen keuze, maar probeer er dan geen oordeel over te vellen of er inhoudelijke conclusies aan te verbinden. Dit doe je toch wel weer over Hirst en Koons. Je noem ze in negatieve zin protserig en banaal, maar laat dat nu juist de essentie zijn van het concept van Jeff Koons.

    Als verzamelaar ben ik de eerste die kritische noten wil zetten bij sommige aspecten van de 'kunstwereld'. Maar de kunstwereld is het circus wat om de 'kunst' heen draait en dat is altijd een bijzaak. Probeer in plaats daarvan je te concentreren op de kunst en neem die als uitgangspunt. Op basis van de juiste afwegingen kan je daarna tot conclusies komen over het werk, binnen het conceptionele framewerk van een kunstenaar. Je kennis en ervaring zal je dan ´vertellen´ of een werk goed is of niet. Het woord 'goed' is een subjectief begrip, maar ik ga daarbij uit van vergelijkbaar werk in een bepaalde contekst, serie of periode. Een van de conclusies zou dan kunnen zijn dat een kunstenaar aan een vraag vanuit de `markt` probeert te voldoen, en het werk een 'ziel' mist. Maar dan beslis je toch simpel dat je zo´n werk niet aanschaf...

    Frank, beste kerel, je refereert naar zoveel artikelen en boeken. Het zal allemaal wel; uiteindelijk heeft iedereen zijn eigen waarheid. Ik loop al 20 jaar mee in de wereld van het kunstverzamelen en er zijn zoveel mensen die denken te weten hoe het allemaal werkt. Neem van mij aan dat ik uit ervaring weet hoe het echt zit.

    Het belangrijkst blijft voor mij de kunst. Kunst gaat over passie en leven, de rest is en blijft bijzaak.

    Ik denk dat we beiden ons standpunt hebben duidelijk gemaakt. Het heeft verder niet zo veel zin om over en weer te blijven schrijven. Ik hoop van harte dat je mijn tentoonstelling gaat zien (vanaf 8 juni in het gemeente museum in Den Haag) en je geest er voor open zal stellen.
    Hartelijke groet,
    Bert Kreuk

    ReplyDelete
  6. Beste Bert, ik moet zeggen dat ik je reactie erg waardeer (al ben ik het natuurlijk niet met alles wat je zegt eens:-)).

    Daarmee toon je in ieder geval een beetje mijn ongelijk aan (nooit leuk om toe te geven, maar alla), want als ik het zo eens samen bekijk dan lijk je inderdaad vanuit passie en kunstliefde te verzamelen. Dat vind ik lovenswaardig, en het is ook voor betrokken kunstenaars prettig als hun werk in goede handen terechtkomt. Misschien ben je dus wel die traditionele mecenas, die in het huidige kunstklimaat heel belangrijk is, dat hoop ik maar.

    Ik ben trouwens echt niet wars van conceptuele kunst...maar kom gewoon heel veel dingen tegen (in alle kunststromingen) waar ik grote vraagtekens bij plaats. Conceptuele werken die mij tegenstaan hebben vaak met elkaar gemeen dat ik het meer kwajongensstreken vind dan echt Kunst (bij Maurizio Cattelan is dat natuurlijk duidelijk, maar ik vind dat van Jeff Koons en Damien Hirst ook), en dan vind ik het eigenlijk naäperij van Duchamp, die in mijn beleving ook eerlijker was daarin. Maar je hebt gelijk, daar verschillen we gewoon in en daar komen we met wat heen en weer geschrijf niet uit.

    Al met al zie ik mij genoodzaakt je tentoonstelling te gaan bezoeken...! Maar ik behoud me wel het recht voor om er misschien weer kritisch (zurig zo je wilt) over te berichten, al sluit ik helemaal niet uit dat ik ook hele mooie dingen, liefst met enige diepgang, zal tegenkomen. Ook dat zal ik dan opschrijven.

    Ik laat mijn post verder maar wel voor wat hij is, dat lijkt me voor de discussie beter, en ook voor anderen die willen zien wat nu de aanleiding van deze uitwisseling vormde.

    Het ga je goed, hartelijke groet, Frank Waaldijk

    ReplyDelete
  7. [[ O ja, bijna vergeten: andere conceptuele kunst waar ik vaak moeite mee heb, zijn werken die het museum dan wel de galerie nodig hebben om kunst te zijn (de stapel bakstenen, de ... die je elke dag tegenkomt maar die in de spierwitte zaal dan ineens een diepere betekenis zou krijgen). Ouderwets van mij, maar ik vind meestal dat het werk ook op zichzelf moet kunnen staan (af en toe denk ik daar wel eens anders over, maar dan heeft de kunstenaar ook echt iets extra's gedaan om mijn standpunt te veranderen). ]]

    ReplyDelete
  8. Toch nog even dit: bij googelen op "kunst" en "speeltje van de rijken" vond ik een artikel van Anna Tilroe (kunstcriticus, curator en bijzonder hoogleraar Kunst en Cultuur aan de Radboud Universiteit Nijmegen) getiteld:

    Kunst als speeltje van rijken (Nederlands Dagblad 25 maart 2011)

    Dit om nogmaals aan te geven dat mijn mening over de hedendaage kunstwereld niet zomaar uit de lucht komt vallen. Dat Anna Tilroe zich zelfs van dezelfde titel bedient, is wel frappant.

    ReplyDelete
  9. Beste Frank,

    Blijf trouw aan je opvattingen en laat je niet door zogenaamde kunstkenners op de kast jagen. Kreuk verzamelt slechts, hij maakt geen kunst en begrijpt al helemaal niet het verschi tussen de inhoudelijke werken van Duchamp en de inhoudsloze meuk van een Koons die het voor het geld doet. Jammer ook dat een Kreuk geen oog heeft voor kunstenaars die in het moderne proberen innovatief en experimenteel te zijn (zoals eens Dada, het abstracte, de surrealisten dat waren). Jammer dat hij alleen werk van 'gevestigde' (lees rijke) kunstenaars koopt. Heel jammer ook dat hij kunst als iets ziet dat je kan kopen en verkopen als ware het zoete broodjes. Maar het meest jammere is, dat kunstenaars als jij en ik moeite en energie verspillen aan deze uitwassen. Het zal wel komen daar types als Kreuk alle aandacht krijgen; aandacht die bedoeld zou moeten zijn voor de kunst, niet de verzamelaar.

    BTW, nu heb je Kreuk boos gemaakt en koopt hij nooit meer wat van je LOL :-)

    Een stukje over Kreuk: http://studiozelf.blogspot.nl/

    ReplyDelete
  10. Het blijft lastig. Ik heb een paar jaar geschreven over beeldende kunst, heb de kunstacademie gedaan, 1 jaar kunstgeschiedenis gestudeerd... Heb mijn hoofd gebroken over het WAAROM van goed en fout in die 'sector'. Je komt er niet uit. Er IS geen goed of fout. Bepaalde kunst samen met anderen goed of fout vinden, lijkt iets verslavends te hebben. En als je dan ook nog een enorm budget hebt... Zo zwart-wit is het natuurlijk niet helemaal. Maar het speelt mee, daar ben ik van overtuigd. 'Goede kunst moet ontregelen' (Kreuk)... Ook in positieve zin, toch? Zijn we uitgerust met een magisch niet te begrijpen fijnmazig systeem dat ervoor zorgt dat we een goed gevoel krijgen van MOOI (harmonie), 'mag' het niet... Gisteren stond de hele wereld voor De Nachtwacht. En ik dacht: en waarom is dat nou per se zo'n geweldig werk (wat ik helemaal niet wil bestrijden, trouwens, daar gaat het niet om). Daar heb je m: het is fijn om goed te vinden wat iedereen goed vindt.En het is ook fijn om met een select gezelschap goed te vinden wat de massa niet begrijpt. En een goed gevoel is een goed gevoel.
    De laatste zin van Kreuks reactie triggert me: 'het zou heel bevrijdend voor je kunnen zijn'. Sommige mensen zijn nu juist niet op zoek naar 'bevrijding', maar genieten van het zoeken naar verbetering/waarheid (geef t n naam). Die willen iets toevoegen uit naam van 'alles'. In plaats van egocentrische vrijheid. Je hebt leuners en je hebt duwers :o). Je snapt me wel, denk ik...
    Blijf je vooral opwinden over hoe het gaat of niet gaat.

    ReplyDelete